Wapens & vernuft
Demagnetisering
Zeker aan het begin van de oorlog was de Duitse marine nauwelijks opgewassen tegen de Britse overmacht op zee. Hun achterstand trachtten ze weg te werken met een uiterst geniepig wapen: de magnetische mijn. Maar het duurde niet lang voordat de geallieerden een tegenmaatregel hadden ontwikkeld.
De magnetische mijn verving de tot dan toe gebruikelijke contactmijn, die afging als hij door een schip werd geraakt. Zo’n mijn dreef of zweefde enkele meters onder zee, op zijn plaats gehouden door een anker. De magnetische mijn daarentegen lag op de zeebodem en kon daardoor veel moeilijker worden opgespoord en onschadelijk gemaakt door mijnenvegers. Een ander voordeel was dat magnetische mijnen konden worden afgeworpen door vliegtuigen. Een traditionele contactmijn zou ontploffen zodra hij het wateroppervlak raakte. Ook konden magnetische mijnen gemakkelijk en onzichtbaar voor de vijand worden neergelegd door onderzeeboten. Dat ging door de torpedobuis.
In de onmiddellijke omgeving van een stuk ijzer is het aardmagnetische veld een beetje sterker. Het aardmagnetisme concentreert zich als het ware rond het metaal. Heb je een heel groot stuk ijzer – een schip – dan kan dit effect heel aanzienlijk zijn. Het is dit verschijnsel waarvan de magnetische zeemijn – overigens een Britse uitvinding uit 1919 – gebruikmaakt. Een sensor, die niet eens zo heel gevoelig hoeft te zijn, voelt de versterking van het aardmagnetische veld en brengt de mijn tot ontploffing. Al vanaf vrij vroeg werden allerlei verfijningen toegevoegd: mijnen die alleen ontploften als er een zeer groot schip in de buurt was (een slagschip of vliegdekschip), of mijnen die zich met een gasbel eerst van de zeebodem verhieven alvorens te ontploffen.
Aanvankelijk boekten de Duitsers veel resultaat met hun magnetische mijnen, maar dat duurde niet lang. Al in november 1939 gooiden de Duitsers mis: een mijn kwam niet terecht in de monding van de Theems, maar op de modderige oever. Daar konden Britse militairen het onding grondig onderzoeken en zinnen op een tegenmaatregel. Dat zou uiteindelijk demagnetisering worden.
Demagnetisering is in eerste instantie bedacht door de Canadese, in het Verenigd Koninkrijk werkende, marineofficier Charles F. Goodeve. Het idee is om de door het schip veroorzaakte verstoring van het aardmagnetische veld ongedaan te maken met een tegengesteld veld. Dat tegengestelde veld wordt opgewekt met een grote elektrische stroom. Je maakt van het schip als het ware één grote elektromagneet, waarachter het zich verschuilt voor magnetische mijnen – en trouwens ook voor magnetische torpedo's.
Degaussing
In de Tweede Wereldoorlog was voor demagnetisering de term degaussing in zwang. Gauss was de eenheid voor magnetisme die de Duitsers gebruikten, genoemd naar de grote natuurkundige Carl Friedrich Gauss (1777-1855). Omdat gauss zo lekker Duits klinkt, drukte degaussing zowel ontmagnetisering als ontduitsing uit. (De officiële eenheid van magnetisme is tesla.)
Een demagnetiseringsinstallatie bestond uit een zware kabel om het hele schip heen, plus een generator die een grote stroom levert. Later werd de kabel vast ingebouwd in het schip. De sterkte van de stroom kon worden ingesteld, afhankelijk van de route van het schip. Als dat op het zuidelijke halfrond voer, moest de stroom zelfs de andere kant op lopen. Het afregelen van de stroomsterkte was een secuur werkje, waarvoor de basismagnetisatie van het schip moest worden gemeten. Die hing af van de routes die het in het verleden had gevaren, en zelfs van de plaats waar het schip was gebouwd of gerepareerd. In grotere havens waren speciale meetpunten aangelegd, waar het schip met een heel precieze snelheid overheen moest varen.
Swipen
Deze vorm van demagnetisering, ook wel coiling genoemd (coil = spoel) was erg flexibel, maar wegens de hoge kosten alleen haalbaar voor grotere schepen, van zowel marine als koopvaardij. Kleinere schepen kregen een behandeling die wiping of deperming werd genoemd. Daarbij werd in de vertrekhaven de demagnetiseringskabel door een ploegje mannen als het ware over de romp ‘geborsteld’ en werd een veel grotere stroom gebruikt (meerdere duizenden ampères). Zo werd het hele schip gedemagnetiseerd. Het effect nam wel weer af, maar meestal bleef het lang genoeg hangen om veilig een aantal transatlantische overtochten te voltooien. Om de vier tot zes maanden moest zo’n schip opnieuw gewiped worden. Na elke beurt moest ook het kompas opnieuw afgesteld worden.
Nog een andere methode was swipen. Daarbij voeren schepen langzaam door een reusachtige spoel heen om ze te demagnetiseren. Het is in wezen dezelfde techniek die wordt gebruikt om horloges te demagnetiseren. Sommige havens hadden er een vaste installatie voor. Tegen het eind van de oorlog hadden de Amerikanen zelfs een aantal speciale schepen die andere schepen konden swipen. Swipen was de enige praktische manier om onderzeeboten te demagnetiseren.
Demagnetisering van zeeschepen bleef tot ver in de jaren zeventig gebruikelijk. Dat was nodig zolang er nog veel onontplofte magnetische mijnen uit de Tweede Wereldoorlog lagen. Marineschepen zijn tegenwoordig ook nog vaak voorzien van demagniseringsspoelen, ook al bestaan er inmiddels magnetische zeemijnen die zo vernuftig en gevoelig zijn dat ze de truc doorzien.
- EagleSpeak: Degaussing Ships
- Ferry van Eeuwen: Degaussing (Engels)
Video Battleship New Jersey Museum, Camden
Het Philadelphia-experiment
Het Philadelphia-experiment is een klassieker uit de wereld van de complottheorieën. Het experiment zou op 28 oktober 1943 gehouden zijn in Philadelphia. Bij die gelegenheid zouden geheimzinnige wetenschappers erin geslaagd zijn een compleet oorlogsschip, de USS Eldridge, onzichtbaar te maken.
Het verhaal dook voor het eerst op in 1955 toen een zekere Carlos Allende er melding van maakte. Hij beweerde dat het schip via een andere dimensie geteleporteerd was naar een andere haven 300 kilometer verderop en daarna weer terug. De hele onderneming had de levens geëist van enkele opvarenden, die onderweg enkele buitenaardse wezens hadden ontmoet. De lichamen van sommige noodlottigen waren gefuseerd met de metalen romp van het schip. Andere bemanningsleden waren krankzinnig geworden, of alleen een beetje misselijk.
Hoewel dit bizarre verhaal meteen werd afgedaan als de grootst mogelijke onzin, bleek het ook behoorlijk levensvatbaar. Om de paar jaar dook het weer op in boeken of films over geheimzinnige experimenten. In 1979 schreef Charles Berlitz, bekend geworden met de Bermuda-driehoek, er een bestseller over. Zelfs gewezen marineofficieren, die aan het experiment zouden hebben deelgenomen, deden een duit in het zakje. Het Philadelphia-experiment zou gebaseerd zijn op de theorieën van Einstein, op de buiging van het licht, op vermeende antizwaartekrachtexperimenten van de nazi’s, op buitenaardse kennis, op hersenspoeling van de waarnemers en wat niet al. Internet staat vol met verhalen erover.
De waarheid is vermoedelijk dat op de Eldridge geëxperimenteerd werd met doodgewone demagnetisering. Dit maakt een schip immers onzichtbaar voor magnetische mijnen. Vergeet het laatste deel van de zin, en je houdt onzichtbaar over.
Video YouTube-kanaal icepick141