Spalding, zondag 29 september 1940 29-09-1940
Een grote, eigenaardige keuken
Zondag 29 september 1940 Ik had tamelijk lang geslapen, de dames waren al naar de vroege kerkdienst geweest. ’s Ochtends heb ik fotoalbums bekeken en daarna met Corrie wat gewandeld. ’s Middags hebben we - oom, tante, Marie en ik - een autotocht gemaakt naar Peterborough. ’s Avonds het nieuwe huis van Eileen bezocht. Het ligt naast Noordwijk en het is een heel mooi, groot huis met prachtige meubels, een garage - maar nog geen auto - en een schuilkelder. Jerry had geholpen het huis te ontwerpen en toen al een schuilkelder aanbevolen. Op ooms land was ook een primitieve schuilkelder voor de arbeiders. In de tijd dat ik er op bezoek was, hadden we maar één keer luchtalarm. In Hull bijna elke dag, hoewel daar nog bijna geen bommen zijn gevallen.
De bouw van Eileens huis was natuurlijk echt Engels: met open haarden, een grote, eigenaardige keuken en een provisiekamer. Maar voor twee personen wel een heel groot huis met een flinke tuin er omheen. De tuin grensde aan oom Cor's land. Dick werkte ook bij oom Cor en hielp bijvoorbeeld bij het inpakken van kistjes tomaten. Of liever gezegd kartonnen dozen, want hout was door de oorlog heel schaars.
Die zondagavond zaten we na het avondeten met z’n allen gezellig bij elkaar in de zitkamer rond het open haardvuur. Wat te praten en naar de radio te luisteren. De familie was voltallig: oom, tante, de drie dochters met man en verloofde, en de broer van tante. Het plechtigste moment van de avond vond ik toen via de radio tegen negen uur de volksliederen werden gespeeld van Tsjechoslowakije, Polen, Noorwegen, België, Nederland, Frankrijk en tot slot het National Anthem - het Engelse volkslied - van het Britse Rijk. Oom Cor heeft me nog - in het Hollands - verteld hoe hij op jonge leeftijd vanuit Noordwijk naar Londen was vertrokken, met een paar aanbevelingsbrieven bij zich, om het tuindersvak te leren. Hij sprak toen nog vrijwel geen Engels. Maar nu spreekt hij altijd Engels. Alleen als we samen zijn, spreken we Nederlands.
Zondag 29 Sept. ’40 had ik tamelijk lang geslapen, de dames waren al naar de vroegkerk geweest. ’s Ochtends heb ik fotoalbums bekeken, daarna met Corrie wat 42 gewandeld. ’s Middags een groote autotocht met Oom, Tante en Marie, o.a. naar Peterborough. ’s Avonds nog het nieuwe huis van Eileen bezichtigd dat dicht naast “Noordwijk” ligt; een zeer prachtig groot huis met mooie meubelen, garage (nog geen auto), en een schuilkelder. Jerry (Corrie’s verloofde) had geholpen dit huis te ontwerpen en had toen al een schuilkelder aanbevolen. Op Oom’s land was ook nog een primitieve schuilkelder, dat moest voor de arbeiders. In die tijd dat ik er was, hadden we hier maar 1 luchtalarm; in Hull bijna elke dag, maar daar zijn bijna nog geen bommen gevallen in Hull. In Eileen’s huis was de bouw natuurlijk echt 43 Engelsch, met open haarden, een groote eigenaardige keuken, provisiekamer enz. Maar het was een zeer groot huis voor 2 personen, met een flinke tuin er omheen; de tuin grensde aan oom Cor’s land, en Dick werkte ook bij oom Cor, b.v. inpakken van kistjes tomaten, of liever gezegd cartonnen doozen, want hout was erg schaars door de oorlog.
Die Zondagavond zaten wij na het avondeten allen gezellig bij elkaar in de zitkamer rond het open haardvuur, te praten naar de radio te luisteren. De geheele familie was voltallig: oom, tante, de 3 dochters met man en verloofde, en de broer van tante. Het plechtigste vond ik toen de radio tegen 9 uur alle volksliederen speelde van Tsjechoslowakije, Polen, Noorwegen, België, Nederland, Frankrijk en daarna het “National Anthem” van het “British Empire.” (Het Engelsche Volkslied). Oom Cor heeft mij nog in het Hollandsch verteld hoe hij jong naar London gegaan was vanuit 44 Noordwijk, met een paar aanbevelingsbrieven voor eenige personen om het tuinvak te leeren; hij sprak toen vrijwel nog geen Engelsch. Maar nu sprak hij steeds Engelsch, alleen als wij beiden alleen waren gebruikten we de Nederlandsche taal.