Strijd
Operatie Pedestal
Operatie Pedestal werd een tactische ramp en een strategische overwinning ineen genoemd. Het konvooi om Malta te redden lukt maar op het nippertje, en met grote verliezen.
Malta, tot 1964 een Britse kolonie, was in 1942 van enorme strategische betekenis. De geallieerden hadden net een positie weten te verwerven in Egypte in een poging de Italianen en Duitsers in Noord-Afrika aan te vallen. De geallieerden werden gedekt vanuit Malta, een klein eiland in een verder door de as-mogendheden beheerste Middellandse Zee. Er was een vliegbasis met tachtig Hawker Hurricanes en Spitfires, een marinebasis en een onderzeebootbasis.
Lastig was de bevoorrading van deze enclave. Die strekte zich uit van levensmiddelen voor de bevolking tot brandstof voor de vele op het eiland gestationeerde vliegtuigen. Meestal werd Malta bevoorraad door kleine konvooien vanuit Alexandrië of Gibraltar, maar in 1942 werden die steeds zwaarder belaagd door Duitse duikbommenwerpers. Soms waren konvooien gedwongen rechtsomkeert te maken wegens de Duitse en Italiaanse overmacht in de lucht. De toestand op Malta begon steeds nijpender te worden. Voeding was op rantsoen, er begon serieuze hongersnood te ontstaan. Malta zou worden gedwongen zich over te geven en dreigde in handen van de as-mogendheden te vallen. Volgens Winston Churchill zou dat een ramp van de eerste orde voor de geallieerden betekenen.
Tanker
Operatie Pedestal was opgezet om Malta uit de brand te helpen. Het was een van de belangrijkste konvooien uit de Tweede Wereldoorlog. Het belangrijkste van de veertien deelnemende koopvaardijschepen was de Amerikaanse tanker Ohio, die 15 duizend ton vliegtuigbrandstof en andere olieproducten aan boord had. Een ander schip had 38 Spitfires voor Malta bij zich. Anders dan gebruikelijk werd het konvooi in Engeland samengesteld. Vandaaruit moest het via Gibraltar de Middellandse Zee doorkruisen. Het konvooi kreeg de code WS 21S, waarbij WS stond voor ‘Winston’s Specials’.
Het konvooi mocht dan niet bijzonder veel koopvaardijschepen omvatten, het escorte ervan was uitzonderlijk zwaar. Drie vliegdekschepen voeren mee. De twee slagschepen Nelson en Rodney met hun zware 16 inch-kanonnen waren van de partij, zeven kruisers en 24 torpedobootjagers. Op de achtergrond hielden zich nog acht jagers op evenals acht onderzeeërs.
Het konvooi vertrok op 3 augustus 1942 uit Engeland en voer een week later in dikke mist door de Straat van Gibraltar. Vanaf dat moment werd het meedogenloos belaagd door meer dan zevenhonderd Duitse en Italiaanse vliegtuigen en een groot aantal U-boten en onderzeebootjagers. De as-mogendheden verkeerden overigens lang in de veronderstelling dat het konvooi bestemd was voor Egypte.
Verloren
Het vliegdekschip met de Spitfires wist zo ver te komen dat de vliegtuigen konden opstijgen en Malta bereiken. Het schip keerde terug naar Gibraltar. Een van de escorterende vliegdekschepen, de Eagle, werd door drie torpedo’s geraakt, zonk binnen twintig minuten en nam zestien Hurricanes mee de diepte in. Van een ander vliegdekschip, de Indomitable, werd het vliegdek onbruikbaar gemaakt. Een Italiaanse duikboot slaagde erin twee Britse kruisers te kelderen. Door luchtaanvallen gingen drie van de veertien koopvaardijschepen verloren. Torpedobootjagers beschadigden in de nacht van 12 op 13 augustus de kruiser Manchester zo dat die door de eigen bemanning tot zinken moest worden gebracht. Nog eens vijf koopvaarders werden geraakt, waarvan er vier zonken. De volgende dag verschenen er weer bommenwerpers, die een koopvaardijschip tot zinken brachten en er drie zwaar beschadigden, waaronder de tanker Ohio.
Slechts drie van de veertien schepen wisten Malta ongehavend te bereiken. In de dagen daarop haalden ook nog twee van de beschadigde schepen met moeite Malta. Daaronder de cruciale tanker, die voor een tweede keer door een luchtaanval was geraakt. De kostbare brandstof kwam als geroepen. Daardoor konden geallieerde vliegtuigen weer de lucht in. Malta was gered.
Al met al was Operatie Pedestal voor de geallieerden een aaneenschakeling van rampen. Het aantal doden bedroeg ongeveer 350. Er staat tegenover dat de aanval op Pedestal het laatste grote succes van de as-mogendheden in de Middellandse Zee was. Hierna zou de strijd in dit deel van de wereld keren. Het eiland Malta in zijn geheel ontving later het George Cross, de op een na hoogste Britse onderscheiding voor moed. Die onderscheiding maakt ook nu nog deel uit van de landsvlag.