Liverpool, Engeland, maandag 23 maart 1942 23-03-1942
Honden, duiven en kanaries
Maandag 23 maart 1942 Vanochtend uit mijn hotel na het ontbijt eerst naar de kleermaker om mijn uniform voor de tweede maal te passen. Daarna per taxi naar de Waterland waar ik de boel moest overnemen. Toen nog naar de Shipping Committee, consul (om te monsteren), immigratie en politie geweest; meteen mijn spaarbankboekje gehaald dat er nu eindelijk was. Kapitein Guttig was ook aan boord met zijn vrouw en zijn hond.
Dinsdag 24 maart 1942 Vandaag mijn goed terug laten halen van Shipping naar de Waterland. De boel verder overgenomen. Vanavond gebridged aan boord, onder anderen met mevrouw Guttig.
Woensdag 25 maart 1942 Vandaag mijn foto’s gehaald, mijn haar laten knippen en mijn uniform gepast en meegenomen. Het was toen al avond. Er branden nu flauwtjes enige naar beneden schijnende lichten in de stad, dus geen volledig black-out meer, daar er bijna geen airraids meer zijn op Engeland.
Vrijdag 27 maart 1942 Vandaag waren mijn andere uniform en mijn bridgecoat klaar, waar ik een streep bij heb laten zetten.
Zaterdag 28 maart 1942 Vanmiddag om 12 uur waren ze gereed met laden. Het schip is helemaal vol: veel oude autobanden. We verhaalden daarna om 14 uur met drie sleepboten naar Huskisson Dok 3, langszij van het (gewezen Deense) motorschip Errica. De Salland gaat eerder weg dan wij: maandag. Wij gaan waarschijnlijk pas op 3 april vanwege het wachten op een geschikt konvooi naar Noord-Amerika. Vanavond gebridged.
Zondag 29 maart 1942 Vandaag een zeer rustige dag. Ik voel er niets voor om in deze smerige stad Liverpool op zondag rond te dwalen wanneer alles gesloten is en heb brieven geschreven, weer twee naar u (over Cook en Shipping), een naar Hilda en een naar Spalding. Verder ga ik postzegels uitzoeken. Ik vraag me weleens af als ik zo brieven schrijf: zou moeder die nu allemaal wel ontvangen? Ik hoop het maar.
Dinsdag 31 maart 1942 Vandaag een grote was gedaan en gestreken; je kunt in Liverpool haast niet meer laten wassen met die zeepschaarste en bovendien is het nog vrij vuil als de was terugkomt. Weer verstoomd, met twee sleepboten. Vanavond met de vierde stuurman samen naar een walkapitein van de Cunardlijn, die ons thuis uitgenodigd had. De Waterland vaart namelijk in charter van de Cunard-White Star Lijn. Verder ben ik de laatste dagen druk met postzegels uitzoeken bezig.
Donderdag 2 april 1942 Vandaag weer een rustige dag. We kregen enige honden, duiven en kanaries en vier kistjes goud aan boord voor New York. Vandaag nog een hartelijke expresbrief gehad van Marie en een hartelijke lange brief teruggeschreven. Gisteren een Rode Kruisbrief naar huis gestuurd, zou die u bereiken? Vandaag wat kleren gerepareerd. Nog 7 pond op mijn spaarboekje bij laten schrijven. Mijn radiotoestel heb ik achtergelaten bij Shipping in de speciale bergplaats; je kunt het op zee toch niet meer gebruiken.
Maandag 23 Maart 1942. Vanochtend uit mijn hotel na het ontbijt eerst naar de kleermaker om mijn uniform voor de 2e maal te passen; daarna per taxi naar de “Waterland”, alwaar ik de boel van mijnheer van der Weide moest overnemen. Toen nog naar de Shipping Commissie, Consul (om te monsteren), immigratie en politie geweest; meteen mijn spaarbankboekje gehaald, dat nu eindelijk er was. Kapitein Guttig was ook aan boord met zijn vrouw en zijn hond. [1]
Dinsdag 24 Maart 1942. Vandaag mijn goed terug laten halen van de Shipping Commissie naar de “Waterland”. De boel verder overgenomen van mijnheer Van der 263 Weide; vanavond gebridgd aan boord, o.a. met mevrouw Guttig.
Woensdag 25 Maart 1942. Vandaag mijn foto’s gehaald (bldz. 250), mijn haar laten knippen, en mijn uniform die klaar was (de knoopen alleen moesten nog verguld, waarvoor ik nog even terug moest komen) gepast en meegenomen, het was toen al avond; er branden nu flauwtjes eenige naar beneden schijnende lichten in de stad, dus geen volledig “black-out” meer, daar er haast geen air-raids meer zijn op Engeland.
(Oom Cor liet mij mijn bankboekje nog zien, waarop de rente bijgeschreven was). (Kapitein tenKley is leeraar geworden op de zeevaartschool voor de Kleine Vaart, zijn eene oog is bijna half weg, het andere is ook slecht; kapitein D. Swart komt op de “Salland” nu; kapt. Visser blijft achter; Bogert wordt 3e bij mij).
264 Vrijdag 27 Maart 1942. Vandaag waren mijn andere uniform en mijn bridgecoat klaar, waar ik een streep bij heb laten zetten.
P.S.: De zijden kousen die ik uit Durban en Fremantle gezonden heb naar Spalding gedurende de afgeloopen reis, zijn allemaal veilig te Spalding aangekomen; de laatste bezending uit Fremantle kwam op 11 Maart, dus misschien hebben wij die zelf nog wel meegenomen in de mail.-
Zaterdag 28 Maart 1942. Vanmiddag te 12 uur waren zij gereed met laden. Het schip is geheel vol; o.a. veel oude autobanden. Ze hebben geregeld gewerkt van 7u v.m. tot 7u n.m. We verhaalden daarop te 14u met 3 sleepbooten naar Huskisson Dok 3 (nr 2 is de plaats waar dat kruitschip vorig jaar Mei gezonken is met die luchtbombardementen), langszij van het (gewezen Deensche) motorschip “Errica”. 265 Mijnheer Nadort was hier vandaag op de “Waterland”. De “Salland” gaat nu nog eerder weg dan wij, nl. ongeveer Maandag. Wij gaan pas ± 3 April vanwege het wachten op een geschikt convooi naar Noord-Amerika.- Vanaovond gebridgd.
Zondag 29 Maart 1942. Vandaag een zeer rustige dag. Ik voel er niets voor om in deze smerige stad Liverpool op Zondag rond te dwalen wanneer alles gesloten is, en heb brieven geschreven, o.a. weer 2 naar U (over Cook, en het Shipping Comité), 1 naar Hilda en 1 naar Spalding. Verder ga ik postzegels uitzoeken. Ik vraag mij wel eens af als ik zoo brieven schrijf: Zou Moeder die nu allemaal wel ontvangen? Ik hoop het maar!.
Dinsdag 31 Maart 1942. Vandaag een groote wasch gedaan en gestreken, je kunt in Liverpool haast niet meer laten wasschen met die zeepschaarste, en bovendien is het 266 nog vrij vuil als de wasch terugkomt.- Weer verstoomd, met 2 sleepbooten. Vanavond met de 4e stuurman De Rijke samen naar Captain Mc.Gill, een walkapitein van de Cunard-lijn, die ons thuis uitgenoodigd had. (De “Waterland” vaart nl. in charter van de Cunard-White Star Lijn). Verder ben ik de laatste dagen druk met postzegels uitzoeken bezig.-
Donderdag 2 April 1942. Vandaag weer een rustige dag; we kregen eenige honden, duiven en kanaries en 4 kistjes goud aan boord voor New York. Vandaag nog een hartelijke brief (expresbrief) gehad van Marie en een hartelijke lange brief terug geschreven als afscheidsbrief; mijn brief voor tantes verjaardag, 1 April, was juist op tijd gekomen; in mijn laatste brief heb ik Dick gefeliciteerd die 4 April jarig is. Gisteren een Roode Kruisbrief naar huis gestuurd, zou die U bereiken? Vandaag wat kleeren gerepareerd. Nog 7 pound op mijn spaarboekje bij laten schrijven. Mijn 267 radiotoestel heb ik achtergelaten bij de Scheepvaart Commissie in de speciale bergplaats; je kunt het op zee toch niet meer gebruiken.
[1] Ik ben ook nog met de taxi door de Mersey tunnel naar Birkenhead geweest om nog wat kleeren en een koffer van de “Salland”af te halen, die weer in het Victoria dok lag.-